Vier jaar een KLIN©-groep op school: Ervaringen met de Walvissen
Vier jaar geleden werd op SO Lichtenbeek in Arnhem ‘De Walvissen’ opgericht, een onderwijszorgklas gebaseerd op KLIN© en met focus op ondersteunde communicatie (OC) en de taalontwikkeling. In de afgelopen jaren hebben we volop ervaring opgedaan en momenteel loopt er een onderzoek naar de ervaren meerwaarde van De Walvissen. In dit artikel presenteren we de eerste bevindingen.
In het themanummer Ondersteunde Communicatie van Zorg Primair (2021, nummer 4) werd aandacht besteed aan De Walvissen. In dat artikel werden de opzet en de ervaringen na de eerste maanden besproken.
In de Walvissenklas staat de ontwikkeling van taal en communicatieve vaardigheden van leerlingen centraal, met als doel hun leerbaarheid, zelfstandigheid en zelfredzaamheid te vergroten. Wat deze aanpak uniek maakt, is de samenwerking tussen professionals uit verschillende disciplines – zoals leerkrachten, therapeuten, OC-behandelaars, revalidatie-experts, zorgmedewerkers in de klas – en de actieve betrokkenheid van ouders of andere familieleden om ook thuis ondersteuning te kunnen bieden. Het uiteindelijke doel van het programma is om kinderen met CMB een boost te geven in hun ontwikkeling, waarvan ze de rest van hun schoolcarrière kunnen profiteren.
De Walvissenklas: een unieke aanpak voor kinderen met CMB De Walvissen is een samenwerkingsverband tussen SO Lichtenbeek (de Onderwijsspecialisten), revalidatiecentrum Klimmendaal en Stichting Milo. Het doel van deze klas is om kinderen met een communicatief meervoudige beperking (CMB) een boost in hun ontwikkeling te geven door onderwijs, behandeling en revalidatie te integreren.
Wat maakt de Walvissenklas zo uniek? De Walvissenklas biedt een intensief onderwijszorgprogramma speciaal voor kinderen met Communicatief Meervoudige Beperkingen (CMB). Met maximaal zeven leerlingen per klas ligt de focus op intensieve begeleiding en één-op-één-ondersteuning. Gedurende een schooljaar worden kinderen ondergedompeld in communicatie, waarbij ondersteunde communicatie (OC) op maat wordt ingezet. Door ankergestuurd te werken, wordt leren thematisch en praktisch gemaakt, afgestemd op de individuele mogelijkheden van elk kind.
De kracht van de Walvissenklas zit ook in de samenwerking: een team van leerkrachten, therapeuten, OC-specialisten en revalidatie-experts werkt nauw samen met ouders. Dit zorgt ervoor dat elk kind een persoonlijk plan heeft, waarbij onderwijs, behandeling en revalidatie op elkaar aansluiten. Ouders spelen hierbij een actieve rol en worden begeleid bij het toepassen van OC thuis. Zodat de ontwikkeling van hun kind zowel op school als in de thuissituatie wordt ondersteund.
De bedoeling van deze intensieve en interdisciplinaire aanpak is om de leerlingen een flinke boost te geven in hun taalontwikkeling, communicatieve vaardigheden en zelfstandigheid, met blijvende voordelen voor hun verdere schoolcarrière en het dagelijks leven.
Sinds de start in 2021 zijn 33 kinderen aan een schooljaar in de Walvissenklas begonnen. Na dit intensieve jaar stromen zij doorgaans door naar een andere klas binnen SO Lichtenbeek. Om de specifieke meerwaarde van dit programma te ontdekken, spraken we met ouders en professionals. Hoewel de interviews met ouders nog gaande zijn, biedt dit artikel alvast een eerste blik op de resultaten van onze evaluatie. We laten zien wat werkt en waar nog kansen liggen voor verbetering.
De Walvissenklas onder de loep: Wat werkt en wat kan beter? Om de meerwaarde van De Walvissenklas in kaart te brengen, heeft de onderzoeksgroep input verzameld vanuit verschillende perspectieven. Tot nu toe is gesproken met 11 direct betrokken professionals, zoals leerkrachten, onderwijsassistenten, logopedisten, OC-behandelaars en orthopedagogen. Daarnaast zijn interviews afgenomen met 10 indirect betrokken professionals, waaronder teamleiders en collega’s uit andere klassen binnen SO Lichtenbeek, waar leerlingen na afloop van het Walvissenjaar naartoe doorstromen. Tot slot zijn vier ouders geïnterviewd, met nog aanvullende interviews in de planning. Voorafgaand aan de interviews hebben we gespreksonderwerpen vastgesteld, zoals:
- Wat beschouwen ouders en professionals als de meerwaarde van de Walvissenklas?
- Welke effecten zien zij bij de kinderen?
- Hoe ervaren zij de samenwerking?
- Waar zien zij ruimte voor verbeteringen?
Van letterlijke uitspraken naar centrale thema’s De letterlijke uitspraken van de geïnterviewden bevatten belangrijke informatie over de werking van De Walvissen. Om deze informatie naar boven te halen hebben we de procedure van Grounded Theory gevolgd (Corbin & Strauss, 1990) in 3 stappen: Coderen, Categoriseren en Thema's bepalen.
In Figuur 1. wordt dit proces voor het eerste van drie gevonden thema’s (Meerwaarde) met concrete voorbeelden geïllustreerd.
Eerste resultaten op een rij Uit de eerste analyses van interviews met professionals en ouders komen onder andere drie thema's naar voren: meerwaarde, werkzame ingrediënten en verbeterpunten. Hieronder bespreken we deze thema’s met concrete voorbeelden en citaten.
Thema 1: meerwaarde
Groei in zelfvertrouwen Zowel leerkrachten als ouders zien hoe de kinderen in de Walvissenklas groeien in hun zelfvertrouwen. Ze kunnen zich beter uitdrukken en zoeken vaker actief contact, zowel op school als daarbuiten. Noot van de auteurs: Waar het in de citaten gaat over 'spreken’ van het kind, wordt vaak bedoeld ‘communiceren’ (dat kan dus zijn met gesproken woorden, gebaren of andere vormen van OC, zoals met een pictogram of met een spraakcomputer).
‘Hij praat met vertrouwen en hij praat tegen iedereen.’ (Ouder)
‘Nu praat hij ook in de winkel tegen mensen.’ (Ouder)
‘Hij was stiller, maar hij laat nu van zich horen. Hij begrijpt dat hij ook mag meepraten’ (Direct betrokken professional)
De groei in communicatieve vaardigheden gaat volgens professionals en ouders hand in hand met een groei in sociaal-emotionele vaardigheden. Kinderen voelen zich steeds meer op hun gemak om actief deel te nemen aan gesprekken en voor zichzelf op te komen.
Kinderen nemen de regie Met behulp van ondersteunde communicatie (OC) krijgen kinderen meer controle over hun eigen keuzes. Zij leren bv. ze hoe zij met OC kunnen aangeven wat ze willen, wat ze niet willen of hoe ze zich voelen. Volgens professionals en ouders leidt dit tot minder frustratie en minder probleemgedrag.
‘Vroeger communiceerde hij door negatief gedrag zoals door boos te worden. Nu kan hij met zijn ondersteunde communicatie-apparaat aangeven: 'ik wil…', wat hij dan ook wil.’ (Direct betrokken professional)
Dit citaat illustreert dat probleemgedrag (zoals boos worden) een communicatieve functie kan hebben. Het is bekend dat het vaak ontstaat in situaties waarin kinderen geen andere manier hebben om hun behoeften of emoties kenbaar te maken (Stoep & Deckers, 2021). Het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden, zoals in de Walvissenklas, biedt een effectief middel om zich beter uit te drukken. Hierdoor krijgen ze niet alleen meer controle over hun omgeving, maar groeit ook hun zelfvertrouwen.
Groei en ontwikkeling Ouders zien graag dat hun kinderen zich ontwikkelen, en de aanpak in de Walvissenklas wordt door ouders expliciet genoemd als reden voor de groei die ze bij hun kinderen waarnemen.
‘Het heeft haar zo goed gedaan en ze heeft zo'n sprong gemaakt in de communicatie. Dat is ongelooflijk, we zijn echt super trots’ (Ouder)
Combinatie van factoren Volgens ouders en professionals draagt vooral de combinatie van intensieve begeleiding, één-op-één aandacht en het continue gebruik van verschillende vormen van OC bij aan deze ontwikkeling.
‘Ze heeft zoveel één-op-één aandacht gehad. Al haar activiteiten werden begeleid met allerlei vormen van communicatie. Dat is echt heel merkbaar geweest.’ (Ouder)
Thema 2. Werkzame ingrediënten
Samenwerking als sleutel tot succes
Professionals benadrukken dat de samenwerking tussen verschillende disciplines in de Walvissenklas een duidelijke meerwaarde heeft. Het bundelen van expertises - zoals die van leerkrachten, therapeuten en revalidatie-experts – leidt tot meer overleg, effectieve kennisdeling en een samenhangende begeleiding van kinderen die beter afgestemd is op hun behoeften.
‘Als het voor het kind specifiek nodig is, dan is het heel fijn dat je makkelijk een ergotherapeut erbij kan betrekken’ (Direct betrokken professional)
‘We hebben met alle betrokken professionals één keer per maand een groot overleg waarin alle kinderen uit de klas besproken worden. Waardoor je dus makkelijk kunt kijken hoe en wat verder.’ (Direct betrokken professional)
Ouders als partners De samenwerking met ouders vormt een belangrijk onderdeel van de Walvissenklas. Er wordt regelmatig afgestemd over hoe OC wordt ingezet, zowel op school als thuis, en ouders en professionals wisselen ervaringen uit over wat op beide plekken werkt.
‘Het is echt actief samenwerken om je kind beter te begrijpen en hem verder te helpen.’ (Ouder)
De ondersteuning richt zich o.a. op praktische vaardigheden zoals het werken met visuele planning van activiteiten (scripts), het gebruik van taalactiviteiten-kaarten (TAK-kaarten, zie Figuur 2.), en andere hulpmiddelen. Daarnaast worden er gedurende het jaar workshops georganiseerd, bijvoorbeeld om gebarentaal te leren en om het effectief te kunnen gebruiken.
‘Je leert heel praktisch gebarentaal en hoe je dat kunt gebruiken.’ (Ouder)
Ankergestuurd werken en ondersteunde communicatie De combinatie van ankergestuurd werken en het zoveel mogelijk ondersteunen van de communicatie met OC vormt mede de basis voor leren en ontwikkeling in de Walvissenklas. Professionals ervaren dat ankers (herkenbare thema’s of concepten) goed aansluiten bij de onderwijsdoelen. Dit maakt leren relevanter én leuker voor kinderen.
Daarnaast biedt de Walvissenklas een veilige omgeving waarin zowel professionals als kinderen zich zeker genoeg voelen om nieuwe dingen uit te proberen en fouten te maken.
‘Het werken met een anker past heel goed is bij kinderen. Door leuke ervaringen kunnen ze de thema’s beter onthouden en hun woordbegrip of betekenisverlening uitbreiden.’ (Direct betrokken professional)
‘Dat je durft te zeggen: ‘oh, sorry, ik doe het fout. We doen het even opnieuw’, helpt het kind om te leren dat je fouten mag maken. Waardoor je zeker genoeg bent om iets uit te proberen, los van of het dan helemaal lukt of niet.’ (Direct betrokken professional)
Volgens professionals stimuleert de integratie van ankergestuurd werken en OC de leerbaarheid, taalontwikkeling en communicatieve vaardigheden van de kinderen in de Walvissenklas.
‘Ik heb gezien dat de kinderen die hebben deelgenomen in de Walvissen-klas meer zijn gaan communiceren, beter zijn gaan communiceren en ons ook verrast hebben in waarín ze kunnen communiceren.’ (Direct betrokken professional)
Thema 3. Waar liggen de uitdagingen?
Naast positieve ontwikkelingen levert ons onderzoek ook belangrijke inzichten op in verbeterpunten van het programma.
Doorstroom naar andere klassen De overgang van de Walvissenklas naar vervolgklassen binnen SO Lichtenbeek brengt zowel kansen als uitdagingen met zich mee. In de Walvissenklas krijgen kinderen intensieve begeleiding in kleine groepen en met veel één-op-één aandacht. Bij de overstap naar grotere klassen, met elf of twaalf leerlingen, is het voor de leerkrachten en onderwijsassistenten niet altijd haalbaar om dezelfde mate van aandacht te bieden.
‘Het kost tijd om ons in spraakcomputers te verdiepen, en die tijd is er helaas niet. Dat vind ik frustrerend, want we willen die lijn doorzetten.’ (Indirect betrokken professional)
‘Bij sommige kinderen kunnen we al inschatten dat die overstap lastiger is. Hoe zorgen we ervoor dat die overstap beter gaat? Wat heeft de volgende klas nodig om dit kind goed te begeleiden? "(Direct betrokken professional)
De overgang verloopt niet altijd soepel door verschillende barrières zoals beperkte tijd en kennis van OC bij de professionals in de nieuwe klassen. Sommige leerlingen staan nog aan het begin van hun leerproces met OC en hebben behoefte aan een gecontinueerde en stimulerende OC-omgeving. Professionals geven aan dat consistent gebruik van OC op termijn tijdbesparend kan zijn, maar het kost hun aanvankelijk tijd en training om OC effectief in te zetten. Dit kan soms tot weerstand leiden.
Structurele ondersteuning en samenwerking op bestuurlijk niveau zijn cruciaal om deze uitdagingen aan te pakken. Het vraagt om een schoolbrede visie en een plan dat zorgt voor een doorlopende inzet van OC en de waarborging van de groei die kinderen in de Walvissenklas hebben doorgemaakt.
‘Leerkrachten zien dat het visualiseren (bijv. met gebaren of pictogrammen) heel vaak heel helpt en om sommige kinderen sneller zelfstandig te maken. Daar zijn ze zich veel bewuster van geworden.’ (Indirect betrokken professional)
Een verassend positief effect van De Walvissen is dat de leerlingen er steeds meer zelf voor zorgen dat ze regelmatig toegang hebben tot OC-tools.
‘Hoe groter de nood vanuit de leerling en hoe meer die leerling al ervaring heeft met bijvoorbeeld een spraakcomputer of goed gevisualiseerde dag, hoe beter de leerling weet dat diegene zo goed de dag doorkomt.’ (Indirect betrokken professional)
Leerkrachten en onderwijsassistenten van vervolgklassen merken wel dat naarmate de Walvissenklas langer draait, de implementatie beter verloopt.
‘Ik ben er nu iets meer bedreven in, dus Ik hoop dat ik volgend jaar die stappen wat sneller kan maken.’ (Indirect betrokken professional)
Samenwerking verder versterken Hoewel de samenwerking tussen de betrokken organisaties als positief wordt ervaren, zien professionals ruimte voor verbetering. Ze pleiten voor meer gezamenlijke afstemming vanaf de start van het programma en na afloop een snellere signalering van knelpunten.
‘Je moet vanaf het begin ook echt de samenwerking met drie partijen opzoeken.’ (Direct betrokken professional)
Samenwerking van professionals uit verschillende organisaties in de klas, is niet altijd makkelijk. Professionals ervaren barrières om collega’s uit een andere organisatie aan te spreken op hun functioneren binnen het team.
‘Wanneer maak je de stap om iets aan te geven bij een teamleider van een andere organisatie?’ (Direct betrokken professional)
Gaandeweg is het duidelijker geworden hoe dit aspect van samenwerking aan te pakken. Integratie van onderwijs, zorg en behandeling is complex en vraagt om aanpassingen van alle betrokken organisaties. Gaandeweg leer je met en van elkaar hoe je de samenwerking vorm kunt geven.
‘Behandelaren mogen dit eerder aangeven. Als je het eerst zelf oppakt en het lukt niet, dan kun je meerdere stappen nemen. Los van welke organisatie en wie welke rol heeft.’ (Direct betrokken professional)
‘Ik denk dat de samenwerking nu heel erg goed gaat. Iedereen weet wat zijn eigen expertise is rond de Walvissengroep en weet elkaar daarin te vinden.’ (Indirect betrokken professional)
Conclusies De eerste resultaten van de interviews laten zien dat professionals en ouders de Walvissenklas als waardevol ervaren, maar geven ook inzichten in verbeterpunten. De intensieve samenwerking, de hoge mate van één-op- één begeleiding, de consistente en continue inzet van OC en het maatwerk dragen bij aan de ontwikkeling van communicatieve vaardigheden, zelfstandigheid en sociaal-emotionele groei van de kinderen.
Om deze positieve ontwikkelingen bij de kinderen verder voort te zetten, is het belangrijk dat OC structureel wordt ingezet, door de hele school en thuis. Dit vraagt om een brede integratie van de werkzame ingrediënten van de walvisklas. Daarbij is gerichte ondersteuning, zoals scholing en toegang tot OC-tools om er vertrouwd mee te raken, voor alle leerkrachten belangrijk. Evenals meer tijd of meer handen in de klas.
Tot slot benadrukken de professionals het belang van het verder versterken en uitbreiden van de samenwerking. Door optimaal gebruik te maken van elkaars expertises, zeker ook die van ouders, kan de ontwikkeling van de leerlingen gecontinueerd worden na de walvissenklas. Uiteindelijk kan dat bijdragen tot betere inclusie op school en daarbuiten van deze leerlingen.
Over de auteurs:
Mieke Kooi, logopedist en senior onderzoeker bij revalidatiecentrum Klimmendaal, Arnhem. Karin Putman, adviseur data-analyse en onderzoek bij De Onderwijsspecialisten, Arnhem. Stijn Deckers, orthopedagoog, is manager expertise & innovatie bij Stichting Milo, Schijndel. Irena Drašković, psycholoog, senior onderzoeker bij Stichting OOK-OC!, de onderzoeksafdeling gelieerd aan Stichting Milo, Schijndel.